Een andere slimme oplossing is om een daglichtregeling in de lokalen en gesprekskamers toe te passen. “Vlakbij een raam of onder een lichtkoepel is vaak veel daglicht, dus daar hoeft een lamp op een zonnige dag minder fel te branden. Iets verderop in de ruimte is dat juist wel nodig. Slimme verlichting meet met een sensor de sterkte van het daglicht dat binnenkomt en past de intensiteit van het kunstmatige licht daarop aan”, legt Sandra uit. Ook dit is besparend omdat vaak blijkt dat lampen niet overal volledig aan hoeven.
Sandra heeft zich ook verdiept in welke lichttinten het beste effect hebben op werk- en leerprestaties. “Voorheen werd vooral gelig licht gebruikt, warm van kleur. Denk maar aan een gloeilamp. De kleurtemperatuur drukken we uit in Kelvin. Nu wordt in omgevingen waar we alert moeten zijn doorgaans gekozen voor minimaal 4000k – neutraal wit. Uit onderzoek blijkt dat men bij 5500 Kelvin het beste presteert en dat komt omdat die tint het meest overeenkomt met daglicht. Door dus lampen te gebruiken met deze ietwat koele lichtkleur, zullen leerlingen en medewerkers optimaal kunnen presteren. Het licht buiten komt overeen met het licht binnen en dat is veel rustiger en daardoor minder vermoeiend.”
De investering in lampen die het daglicht nabootsen is iets hoger dan die van normale ledverlichting. Het terugverdienen van de investering duurt in dat geval dus langer. “Dat geldt ook voor scholen die kiezen voor een dimmer in de klas. Aan de ene kant is het fijn dat het licht kan worden aangepast als er bijvoorbeeld een kerstdiner is of als de groep een film kijkt. Aan de andere kant vraagt die wens om een grotere investering. Je kunt je dan aanvragen of het je dat waard is, als je de dimmer niet vaak gebruikt.” Sandra begeleidt scholen en besturen bij het maken van de juiste keuzes. “Samen kijken we naar het beschikbare budget en we doen een gebouwinventarisatie. Zo komen we samen tot een plan van aanpak.”
Lees ook ‘Het is mooi om echt iets te kunnen betekenen’